Leren van oefenen

Op woensdag 25 januari 2023 regende het hard, liepen polders vol en dreigde een maalstop voor de vier waterschappen die afvoeren naar het Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal. Gelukkig niet echt, want het ging ‘slechts’ om een oefening. Het regionaal wateroverlastoverleg (RWO) van de Slim Watermanagement regio Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal (ARK/NZK) kwam die dag bijeen om wateroverlastsituaties te oefenen.

Nog niet eerder hadden ze met elkaar zo ver de grenzen van het watersysteem opgezocht. Overlast en schade was dan ook niet te voorkomen. Toch bleef iedereen rustig en met de ‘Slim Watermanagement pet’ op samen werken. Dit leidde tot nieuwe inzichten en mooie reflecties, maar leverde ook een set acties op.

Nog nooit gedaan

In de eerste oefening was de uitgangssituatie kritiek. Deze situatie had zich daadwerkelijk twee weken eerder voor gedaan maar toen stopte het met regenen. In de oefening blijft het flink regenen (100-130 mm komende 48 uur). Het ARK/NZK kan al het water van de waterschappen niet zonder meer afvoeren en overleg is nodig. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) geeft aan dat ze maximaal moeten afvoeren. Hun streefpeil wordt overschreden, er stroomt nog water uit het oosten en er dreigt een maalstop voor de Leidsche Rijn. Ook Rijnland kan de komende 24 uur hun afvoer naar het ARK/NZK niet beperken. Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier heeft het Zaangemaal afgeschaald. Hierdoor gaat 5 kuub per seconde minder naar het ARK/NZK. Meer kunnen ze niet doen. Waternet heeft het IJ-front gesloten waardoor de scheepvaart hinder ondervindt. Waternet kan nog wel poldergemalen uitzetten maar heeft nu al overlast en (economische) schade. Waternet vraagt aan HDSR of ze niet via de Lek kunnen afvoeren. Rijkswaterstaat geeft aan extra te kunnen spuien via IJmuiden en extra water af te kunnen voeren via de Noordersluis, Zeesluis en Koninginnensluis. Echter…… zijn de laatste twee sluizen hiervoor nog nooit gebruikt. Daar wordt wel aan gewerkt. De waterbeheerders durven het niet zomaar aan. En het eerste inzicht en actiepunt is te pakken.

Schades tellen

In de tweede oefening dreigt een maalstop. De waterschappen mogen dan geen water meer afvoeren naar het Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal. Het regent nog veel harder dan in de eerste oefening. Alle polders lopen vol en er is overlast en schade. Getallen over afvoerdebieten en waterstanden duikelen over elkaar heen en iedereen zit in een andere opschalingsfase. Even lijkt het alsof de waterbeheerders zich van hun stuk laten brengen maar ze herpakken zich vlot. De ‘Slim Watermanagement pet’ gaat op. De waterschappen gaan niet wachten tot Rijkswaterstaat een maalstop afkondigt maar gaan voor een vrijwillige ‘maalstop-light’ -afvoer naar het ARK/NZK beperken- om zo hopelijk een gedwongen maalstop te voorkomen.

De opgave is om de afvoer naar het ARK/NZK met 70 kuub per seconde te verminderen. Het ongemak wordt voelbaar. Al snel gaat het gesprek over schades. ‘Wanneer je niet weet wie welke schade heeft, dan loopt de discussie stroef’, is een conclusie. Ook gaat het over het mandaat van de RWO-leden. Mogen zij ook bij het optreden van schades de ‘Slim Watermanagement pet’ ophouden of gaat dan die van de eigen organisatie op? De observanten geven aan dat de kracht van het RWO, juist die ‘Slim Watermanagement pet’ is. ‘Houd die vooral op!’, is de oproep. Voor de BV Nederland levert dat het beste advies op. Als bestuurders daar van afwijken, is er wat uit te leggen. Het liefst zien de aanwezigen dat bestuurders ook de ‘Slim Watermanagement pet’ op zetten.

Redeneerlijnen

Tegelijkertijd een maalstop voorkomen en het overzien van alle effecten, blijkt best druk. Een observant geeft aan dat het voor de waterbeheerders een uitdaging wordt om op basis van onvolledige informatie toch adviezen te geven. Werken met scenario’s kan behulpzaam zijn. Verder is een conclusie dat het zeker zinvol is om ook voor deze spannende en onbekend situaties de bestaande redeneerlijnen Slim Watermanagement aan te vullen. Zodat ook voor waterpeilen vlak onder het maalstoppeil gezamenlijk doordacht is wat de mogelijkheden zijn. Deze aanscherping zal de RWO-leden helpen om beter gesteld te staan voor extreme wateroverlast situaties. Bij het opstellen kan dan ook doordacht worden of en wat de relatie is met de landelijke coördinatiecommissie overstromingsdreiging (LCO).

Oefenen loont

Alle aanwezigen zijn het eens dat oefenen loont en de oefening super goed is georganiseerd. De roep om ‘nog een keer’ wordt dan ook gedaan. Maar eerst de lijst van inzichten en acties die deze oefening heeft opgeleverd verwerken. Word vervolgd!