Water beter benutten

Nederlanders zijn meesters in het verplaatsen van water. Dagelijks nemen waterbeheerders talloze beslissingen: moeten ze het water wegpompen of juist inlaten? En wat is de meest effectieve manier? De onderzoekslijn SlimWatermanagement zoekt naar het beste antwoord op deze vragen. “Optimaal waterbeheer levert maatschappelijke meerwaarde op”, zegt Bas de Jong van Rijkswaterstaat.

We willen bestaande infrastructuur en data slimmer gebruiken, zonder daadwerkelijk een schop in de grond te steken’, zegt Bas de Jong. Hij is programmaleider van Slim Watermanagement. “Onze uitgangspunten zijn het beschikbare water en het bestaande watersysteem. Is dat systeem beter te benutten door slimmer te sturen dan we tot nu toe deden? Dat wil niet zeggen dat we het voorheen op een domme manier gebruikten, integendeel. Maar technologieën ontwikkelen zich razendsnel; die willen we benutten.”

Het optimaliseren van het dagelijkse, operationele waterbeheer is goed voor de maatschappij, daarvan is Bas overtuigd. “Het gaat erom dat we in een droge periode een kubieke meter water naar een plek sturen waar hij het meeste oplevert. En bij wateroverlast moet die kubieke meter water zo min mogelijk schade veroorzaken.” Om dit te realiseren zijn drie zaken van essentieel belang, meent hij: “samenwerking, vertrouwen en het gebruik van elkaars gegevens. Rijkswaterstaat en de waterschappen moeten hierin het voortouw nemen.”

Slim Watermanagement kan ook veel opleveren in normale situaties, zegt Bas. “In Nederland pompen we heel veel water naar de zee. Dat willen we zo efficiënt mogelijk doen.” Met belangstelling volgt hij dan ook de ontwikkelingen binnen de onderzoekslijn Water en Energie en programma’s als Pompen als het waait, dat zich richt op het gebruik van duurzame energie.

Pompen of niet?
Kennis delen en informatie uitwisselen, daar draait het om bij Slim Watermanagement. Jeroen Willemsen, hydroloog bij het Hoogheemraadschap van Schieland en Krimpenerwaard, ziet grote voordelen. “Samenwerking tussen waterbeheerders kan heel wat opleveren. Wij hebben dat gemerkt bij de Parksluizen, twee schutsluizen tussen de Delfshavense Schie en de Nieuwe Maas. Hier ligt het meest westelijke inlaatpunt van Nederland. Met iedere sluisbeweging komt een sloot zout water de Schie binnen. Dat water wordt weggepompt door het Hoogheemraadschap van Delfland om te voorkomen dat het verder het gebied in trekt. Maar als wij in Schieland geen zoet water nodig hebben, is dat pompen niet nodig. Zo’n beslissing kun je nemen op basis van gezamenlijke data-analyse en daarmee bespaar je geld en energie.

WhatsApp-groep
Een heel praktisch voorbeeld van Slim Watermanagement is het gebruiken van WhatsApp om informatie te delen. Dit najaar leverde dat een voordeel op bij de Hollandse IJssel, die vlakbij de Rotterdamse Van Brienenoordbrug uitmondt in de Nieuwe Maas. “De Hollandse IJssel is heel gevoelig voor de intrek van zout water”, zegt Jeroen. “Als het zoutgehalte te hoog is, hebben de watergebruikers liever niet dat je water inlaat; dat is slecht voor de gewassen en voor de ecologie in sloten en plassen. In de WhatsApp-groep van de regio Rijn-Maasmonding kwam het bericht dat er een zoutpiek op komst was bij de Van Brienenoordbrug. Iemand anders meldde iets over de windverwachting: de zoutpiek zou niet lang duren. Na een aantal vragen over en weer besloten we om snel wat extra water in te laten en daarna te wachten tot het zoutgehalte weer zou zijn gedaald. Dat is nauwelijks extra werk, en voorkomt schade aan gewassen.